In Handelingen 6 zien we hoe belangrijk de apostelen het vinden zich louter te kunnen wijden aan Woord en gebed.
Elke rol in de gemeente is die van dienaar. Maar er is ook een speciale dienaren rol.
Op de klacht dat de apostelen niet naar iedereen werd omzagen, doen zij er niet een tandje bij.
Ook breiden zij niet het aantal apostelen of oudsten uit.
Nee, ze doen andersom juist een stap terug. Zij roepen een ‘werkgroep’ in het leven die deze taak volledig uit handen gaat nemen van de apostelen. Afgeleid van het Griekse woord diakonios noemen we die diakenen.
Deze dienaren bedienen de tafels, de apostelen bedienen het Woord.
Onder het bedienen van de tafels wordt verstaan:
- het omzien naar de gemeenteleden,
- het waar nodig ondersteunen van gemeenteleden in breedste zin (in geestelijk en materieel opzicht),
- het zich toewijden aan het ‘vol zijn’ met de heilige Geest en het voorbeeld zijn in geloof en goede werken.
Daarmee zijn zij verantwoordelijk voor:
het geestelijk leven van de gemeenteleden;
het onderwijzen en vertroosten en aansporen van gemeenteleden.
Analoog aan de apostelen kun je kortweg zeggen dat oudsten hun bediening van Woord en gebed uitoefenen naar de gemeente als geheel.
Dienaren oefenen hun bediening uit naar de gemeenteleden individueel.
In 1Tim.3 zegt Paulus dat dezelfde eisen van oudsten ook voor deze dienaren gelden.
Het behoeven echter geen oudere mannen te zijn.
Ook jonge mannen en vrouwen die vol van de Geest zijn, kunnen dit ambt vervullen.
Bijzonder is dat Paulus van dienaren nog extra zegt dat zij recht door zee dienen te zijn en niet met twee tongen spreken.
Dat geldt natuurlijk voor iedere christen, uw ja zij ja en uw nee zij nee.
Maar blijkbaar komt dat er bij dienaren extra op aan, omdat zij direct toezien op het wel en wee van de gemeenteleden en niet bij de een dit en bij de ander dat zeggen of doen.
Bijvoorbeeld bij geldelijke ondersteuning.
Zij dienen daarom een zuiver inzicht te hebben in de geloofsleer en daarnaar te handelen vanuit een zuiver geweten.
Voor vrouwelijke dienaren wordt nog extra genoemd dat zij niet lasterend moeten zijn, maar betrouwbaar in alles.
Zoals bij oudsten centraal staat hun bediening van wijsheid en onderwijs, en het zich wijden aan Woord en gebed, staat bij dienaren centraal hun gave van bijvoorbeeld omzien, delen, oog hebben voor, aanbidding, gastvrijheid, organiseren/besturen, enz.
Wanneer iemand op goede wijze zijn dienst vervuld, krijgt hij of zij daar meer en meer waardering en hoogachting voor van de gemeenteleden.
Daardoor zal iemand groeien in vrijmoedigheid om het evangelie te verkondigen, maar alleen door een persoonlijke geloofsrelatie met de Here Jezus Christus.
Op de volgende pagina gaan we in op de plaats van de vrouw in dit geheel.