Als God ingrijpt
Stel dat God bestaat en wel zou ingrijpen. Ingrijpen in het lijden en in onze vrije wil. Stel dat God steeds tegen iedereen zegt: ho, stop je moet niet linksaf maar rechtsaf, dat is beter voor je, links gaat zo een boom omvallen. Of: niet doen, hierdoor ontstaat lijden voor een ander mens. Hij had Nero en de kruistochten en de slavernij en Pol Pot en Stalin en Hitler en Idi Amin en Boko Haram en IS en Hamas en Poetin en jouw zijn-vrouw-mishandelende buurman en . . . . . JOU toch tegen kunnen houden?
Moet Hij steeds zeggen: “Stop met roken, niet te lang in de zon, niet teveel drinken, maak geen ruzie, je kunt beter dit dan dat kiezen. Weet je wel hoeveel kankerverwekkende stoffen en E-nummers jullie zelf in je voedsel stoppen.” (Overigens allemaal open deuren, want we weten het best en toch doen we het). Dus hoe lang zou het duren voordat u riep: nou is het wel genoeg, ik let zelf wel op waar ik loop en ik bepaal zelf wel wat goed voor mij is. Ik ben geen robot die je zonder mijn eigen inbreng maar van alles kunt laten doen! Dus dan moet Hij ons maar dwingen voor onze eigen bestwil?!
Waarbij, bij wie en wanneer moet God ingrijpen?
Wie bepaalt dan bij wie Hij nog wel en bij wie Hij niet meer moet ingrijpen? Wat de een goed vindt, daarvan vindt een ander dat God moet ingrijpen.
Dus geen pro-actieve God. Hij moet ons in onze waarde laten. En dat doet Hij ook, want Hij heeft ons zelf als wilsbekwame creaties geschapen. Hij ontneemt ons niet onze vrije wil om marionetten van ons te maken.
Maar moet God dan re-actief de gevolgen van onze keuzes weghalen? Hij mag geen aanwijzingen geven, niet vooraf ingrijpen, maar wel onze keuzes en fouten achteraf repareren. Als ik op mijn duim sla, moet hij zorgen dat het geen pijn doet. Ik moet kunnen roken en drinken en te lang in de zon liggen, maar Hij moet dan wel achteraf mijn daardoor opgelopen ziekte genezen.
Je hoeft geen Christen te zijn om te zien dat de aarde en haar habitat van milieu, natuur en ruimte niet perfect zijn. Straling enz. Degeneratie van onze genen. Als daardoor fouten ontstaan in ons DNA en kanker zich ontwikkelt buiten onze eigen directe schuld, dan moet Hij, in wie wij niet geloven, zorgen dat het niet gebeurt of tenminste achteraf genezen. Dan willen we overwegen of Hij misschien bestaat. Ga zo eens met je partner om. Maar goed . . .
Mijn vraag is: Bij wie en wanneer moet Hij dan beginnen?
Natuurlijk zeggen we dan in koor: direct en wel bij iedereen, haal weg dat lijden. Het gaat dus om een universeel ingrijpen en niet bij de een wel en bij de ander niet.
God heeft ingegrepen
Maar dat heeft Hij gedaan! Maar op zo’n manier dat Hij onze vrije wil volledig respecteerde en in tact liet.
Hij heeft integraal, de gehele mensheid omvattend vanaf de eerste tot de laatste mens geldend ingegrepen. Ergens in de geschiedenis heeft Hij geldend voor alle mensen, die leefden in het verleden, mensen van toen, mensen van nu en die van de toekomst radicaal revolutionair ingegrepen.
Hij is toch in de Persoon van Jezus naar de aarde gekomen!? Nee, je kunt deze historische figuur niet ontkennen. God heeft door wat Jezus deed al het lijden weggehaald. Er is genezing van het lijden en er is vergeving voor onze fouten. En dat wordt straks geëffectueerd als het boek van planeet aarde dichtgaat. Reparatie achteraf.
Maar dat moet je dan wel aannemen. “Ja, maar het lijden is er toch nog?” – Denk nog even mee. Op een moment in onze geschiedenis is het verlossend werk van Jezus gebeurd. Geldend voor verleden, heden en toekomst. De mensen in dat verleden voordat Jezus kwam, hebben toch ook gezegd: wat een lijden is er toch. – Het werk van Jezus steekt als het ware als een paraplu boven de geschiedenis uit en bedekte wat in het verleden was gebeurd, en wat in de toekomst nog ging gebeuren. Maar die toekomst moet nog wel gebeuren!!
Het blijft aan jou de keus
Als jij zegt: als God bestaat waarom laat Hij dan dat lijden toe, en God zegt: maar Ik heb het weggehaald, maar Ik wacht met de effectuering daarvan op jou en op nog zoveel mensen zodat jullie mee kunnen genieten op een nieuwe volmaakte aarde en je zegt: maar dat geloof ik niet, hou dan alsjeblieft op met God de schuld te geven. Of met Zijn bestaan ontkennen vanwege de ellende die er op de wereld is, uiteindelijk door ons eigen toedoen. Lekker makkelijk een ander de schuld geven. Zit ons echt in de genen.
Je wilt dat God repareert. God heeft gerepareerd. En dan zeg je: dat geloof ik niet. Ja, duhuh . . . . . !
Het is van tweeën een: of je gelooft in God en ontdek en aanvaard zijn onvoorstelbare liefde en reparatie OF je gelooft niet dat Hij bestaat, maar dan kun jij Hem ook nergens de schuld van geven.
Zeur dan niet over God en ga vooral zelf zorgen dat het lijden ophoudt!
Ja, dat is cynisch bedoeld, want dat is nog geen enkele mens gelukt en het lukt ook steeds minder. We vernietigen onze habitat en verbazen ons vervolgens over het hevig wordende natuurgeweld. We vliegen elkaar alleen maar venijniger in de haren. Vaak ook nog in de naam van een god. Als we onze gram maar kunnen halen. Daar kunnen we god wel voor gebruiken. De omgekeerde wereld. In plaats van Hem te gebruiken voor Zijn liefde, gebruiken wij Hem voor onze haat. Dat is de collectieve menselijke schuld, want wat doe ik er persoonlijk tegen?
-0-0-0-0-0-
Hoe verhoudt God zich tot het lijden?
En voor hem die gelooft . . . . . is de vraag:
waar is Hij nu in het lijden op deze wereld, in ons enorme gemis van dierbaren en ons verdriet over zoveel leed?
Ik geloof dat God heel diep met ons meelijdt tot aan de jongste dag. God heeft Johannes laten zien wat er dan gebeurt. Lees maar eens: Openbaring 21:1-6a. In die diep Goddelijke verzuchting, “het is gebeurd”, hoor je God meelijden en uitroepen: eindelijk is het lijden afgelopen, eindelijk is het klaar, eindelijk kunnen we in volmaaktheid van elkaar genieten.
In zijn geweldige liefde lijdt God nu mee en kijkt met ons uit naar het moment dat Hij na Golgotha voor de tweede keer kan uitroepen: het is volbracht. Het is eindelijk volbracht. Nu kan ik alle tranen afwissen. Kom jullie geliefden van mijn Vader en betreed zijn Koninkrijk van gerechtigheid waar geen lijden en verdriet meer is. Het is voorgoed volmaakt gerepareerd.
Waarom wacht Hij daar nou zo lang mee? Is het niet een keertje genoeg? Petrus zegt: God treuzelt niet, maar zijn onvoorstelbare liefde maakt dat Hij geduld heeft. Geduld met al die mensen die Hem nog steeds afwijzen.
Wij zorgen zelf dat God (nog) niet ingrijpt
Er is maar één reden waarom het zolang duurt. En dat zijn juist de mensen die Hem afwijzen, die Hem verwijten maken, die Hem van alles de schuld geven. Hij geeft ze nog tijd of ze zich toch niet omkeren naar Hem en zijn reddingsplan aanvaarden. Raar hè, Hij houdt ook van hen. Zelfs van de grootste atheïst, die schamper lacht en uitdagend zegt: als tie bestaat is dit een goed moment om tevoorschijn te komen en daarmee te bewijzen dat Hij bestaat. Niet beseffende dat hij daarmee elke weg zou afsnijden tot herstel van het lijden voor hemzelf en hen die God niet kennen. Wat een genade en liefde dat God geduld heeft, maar een dringende opdracht voor ons om mensen van de liefde van God te vertellen tot hun redding uit het lijden.
Eventueel terug naar de pagina over “God”.
Kijk ook eens op deze website.